Kalvergezondheid
Gun ieder kalf een goede start! Hoe gezonder een kalf opstart, hoe efficiënter en sneller ze uitgroeit tot een goede melkkoe. Helaas kennen de meeste veehouders wel kalverdiarree op hun melkveebedrijf. We geven je een paar tips voor het voorkomen van een diarree-uitbraak. Daarna gaan we wat dieper in op de verschillende soorten diarree.
Preventie van diarree is heel belangrijk. Door diarree lopen kalveren namelijk een groeiachterstand op. Een groeiachterstand in de jeugd zie je in de lactatieperiode altijd nog terug. Zorg daarom voor een goed droogstandsrantsoen, goede biestkwaliteit en optimale hygiëne.
Wil je weten hoe je jouw kalfjes gezond houdt?
Tips
Een aantal praktische tips voor het voorkomen van kalverdiarree.
- Zorg voor een schone afkalfruimte en optimale hygiëne rondom kalven
- Haal het kalf direct weg bij de moeder en huisvest het kalf de eerste 14 dagen apart
- Zorg voor een optimale biestkwaliteit
- Geef elk kalf een eigen emmer en speen
- Reinig de eenlingboxen en groepshokken grondig na gebruik
Wil je weten hoe je de tips toe kunt passen op jouw bedrijf of wat je nog meer kan doen? Vraag het je adviseur.
Hoe krijgen kalveren diarree?
Meerdere factoren kunnen ervoor zorgen dat kalveren diarree krijgen. We hebben ze voor je op een rij gezet.
- E-Coli
- Rota- of coronavirus
- Cryptosporidiose
- Coccidiose
Deze ziekteverwekkers kunnen onder andere uitdroging, verminderde voeropname, verminderde pensontwikkeling, darmschade en pijn veroorzaken.
Hoe krijgen kalveren diarree?
E-Coli is een bacteriesoort die overal voorkomt. Vooral in de mest. Het is een normale darmbewoner van kalveren. E-Coli treedt vaak op in de eerste levensdagen. Het kan dus vanaf dag één al problemen geven. Besmetting treedt oraal op. Denk hierbij aan mest in de biestmelk, een smerige dumpemmer of door de verzorger zelf. Vanaf de derde levensdag is de kans groot dat de E-Coli verergert door een Rotavirus of Cryptosporidiose.
Symptomen van E-Coli zijn waterige diarree, lusteloosheid, verminderde eetlust, uitdroging en koorts gevolgd door ondertemperatuur.
De belangrijkste reden van sterfte door E-Coli is uitdroging. Daarom is een preventieve aanpak vaak succesvoller. Hierbij zijn hygiëne en biestvoorziening het belangrijkste.
De behandeling tegen E-Coli is gericht op het op peil houden van de vochtvoorziening. Ook is het behandelen met pijnstiller en antibiotica noodzakelijk voor een herstel. Dit kan je het beste afstemmen met de veearts. De behandeling staat ook beschreven in het behandelplan.
Rota- en coronavirus
Het Rotavirus en het coronavirus worden vaak in één adem genoemd. Het zijn beiden virussen en ze richten allebei schade aan de darmwand in de darmen van het kalf aan. Het kalf wordt via de bek besmet met Rota of corona. De kalveren worden plotseling ziek en de eetlust is weg. Je kunt Rota- of coronavirus ook vergelijken met de griep bij mensen.
Als kalveren besmet worden met het Rota- of coronavirus is dit vaak vanaf de vierde levensdag. Ze zijn suf en hebben waterige en geelachtige ontlasting. Kalveren hebben met Rota of corona geen verhoging van de temperatuur.
Een behandeling met antibiotica helpt niet bij Rota of corona. Wel is het belangrijk om ze voldoende vocht te geven. Vanwege het grote risico op uitdroging moet je niet wachten met behandelen. Het kalf droogt uit, omdat het door de diarree veel vocht en lichaamszouten verliest. Je kunt een aanvullend diervoeder zoals Maxifit gebruiken. De belangrijkste bestandsdelen van de Maxifit zijn de pectinen. Pectinen vormen een dun laagje aan de binnenkant van de darmen en verhinderen hierdoor dat bacteriën zich kunnen vastklemmen. Hierdoor kunnen de darmen weer herstellen. De elektrolyten worden met veel water gegeven en compenseren zo het vochtverlies. De glucose zorgt voor de smakelijkheid en goede opname.
Cryptosporidium
Cryptosporidium Parvum is één van de meest voorkomede diarreeveroorzakers bij kalveren. Het is een darmaandoening die wordt veroorzaakt door de eencellige parasiet. Deze protozoa kunnen zichzelf snel vermeerderen in de darmen van het kalf. Hierbij vormen ze oöcysten (eitjes). De oöcysten worden uitgescheiden via de mest, waarna ze besmettelijk worden en dus tot ziekte kunnen leiden bij kalveren. De opname van de besmettelijke eitjes gaat via de bek. Dus je kunt deze zelf ook bij het kalf binnenbrengen. Bijvoorbeeld door gelijk na de geboorte even het slijm uit de bek te halen. De kans is groot dat de besmette eitjes al bij het kalf zijn. Daarom is het belangrijk om het kalf gelijk na de geboorte weg te halen en in een schoon en ontsmette eenlingbox te doen. Dat kan niet alleen via de mens overgaan, maar ook van kalf op kalf. Geïnfecteerde kalveren zijn ongeveer tot veertien dagen na de infectie besmettelijk voor hokgenoten en de eitjes (oöcysten) kunnen tot wel achttien maanden overleven zonder gastheer (kalf). Cryptosporidium kan diarree veroorzaken vanaf de derde tot de veertigste levensdag. In de praktijk worden symptomen vaak waargenomen op dag tien.
De diagnose wordt vastgesteld door het aantonen van oöcysten in de mest. Daarnaast kun je Cryptosporidium vaak herkennen aan de dunne, groenachtige mest.
Cryptosporidium is goed te behandelen als je er op tijd bij bent. Vraag je dierenarts of bekijk het behandelplan en zie hoe je Cryptosporidium kunt behandelen. Voldoende vocht en pijnstillers helpen ook goed bij het herstel. Omdat Cryptosporidium heel besmettelijk is en lang kan overleven zonder kalf is een goede hygiëne en een goed biestmanagement belangrijk.
Cryptosporidium
Coccidiose is een darmaandoening die wordt veroorzaakt door een eencellige parasiet Eimeria Bovis of Eimeria Zurnii. De parasiet vermenigvuldigt zich in de dikke darm. Hierdoor kan de darmwand beschadigd raken. Kalveren kunnen besmet raken door opname van de eitjes vanuit voer of water. Nadat de eitjes opgenomen zijn en zich vermenigvuldigd hebben in de darm, worden via de mest grote hoeveelheden nieuwe oöcysten (eitjes) uitgescheiden. Zo blijft de cyclus in stand.
Verontreiniging van voer en water zijn twee grote risicobronnen voor de verspreiding van Coccidiose. Net zoals de Cryptosporidium kan de Coccidiose ook heel lang zonder gastheer (kalf) overleven. Ook is Coccidiose heel resistent tegen reinigingsmiddelen. Hygiëne is dus heel belangrijk.
Symptomen van Coccidiose zijn heel wisselend. Van geen verschijnselen tot ernstige diarree met soms bloed bijgemengd, hevig persen en uitdroging. Waardoor ze ook groeiachterstand oplopen. De ernst van de symptomen ligt aan de besmettingsdruk en opname van de hoeveelheid oöcysten. Diagnose kan door mestonderzoek vastgesteld worden. Overleg dan ook met je veearts met welke middelen je de kalveren kunt behandelen.