Weiden van jongvee
De eerste keer de wei in, dat is voor kalveren best spannend. De kalveren en pinken moeten nog leren weiden. Het is belangrijk om als vaars later het weiden al te kennen. Door het weiden bouwen kalveren en pinken ook immuniteit op tegen worminfecties. Dit draagt bij aan een gezonde groei. En voor de melkproductie straks.
Wil je advies over het weiden van jongvee?

Geboortemaand bepaalt periode van beweiden
De weideperiode voor jongvee wordt vaak te lang aangehouden. De graskwaliteit in de herfst valt vaak tegen. De droge stof is laag en het gewas is erg onbestendig. Het is daarom belangrijk om de pinken weer op tijd te stallen. Het liefst voor 1 september.
Kalveren die geboren zijn tussen juni en november kunnen op een leeftijd van 9 tot 12 maanden geweid worden. Bijvoeren kan dan noodzakelijk zijn afhankelijk van de graskwaliteit. Je kunt de kalveren het beste voor 1 september weer opstallen.
De kalveren die geboren zijn tussen december en mei kunnen beter als drachtige pink de wei ingaan. Deze pinken kunnen afhankelijk van de weersomstandigheden het beste voor 1 oktober weer opgestald zijn.
Inscharen
Schaar het jongste jongvee in op etgroen, maar laat ze niet langer dan 14 dagen op hetzelfde weideperceel lopen.
- Kalveren hebben gras met circa 17% ruw eiwit nodig voor een goede groei.
- De graskwaliteit voor ouder jongvee mag wat minder zijn. Ouder jongvee kun je weiden met een ritme van één tot anderhalve week per perceel.
- Ook naweiden (eerst de koeien er in en dan de pinken) kan een prima optie zijn. Zorg dat er voldoende en smakelijk gras beschikbaar is.

Watervoorziening
Zorg voor goed drinkwater. En zorg bij een drinkwatervoorziening uit oppervlaktewater voor water uit sloten met voldoende doorstroming. Stilstaand water geeft de nodige risico’s op onder andere salmonella of botulisme. Het is belangrijk dat de capaciteit van de zelfdrinkers voldoende is.
- Toevoersnelheid van 15 liter per minuut.
- Elke 10 procent moet tegelijk kunnen drinken.
- Bij voorkeur uit grote open drinkbakken laten drinken.
- De voorkeur ligt bij aanvoer van leiding of bronwater. Check dagelijks of het drinkwater nog schoon is en goed doorstroomt.
Let op mineralenvoorziening
Onafhankelijk van de geboortemaand is het áltijd belangrijk om voor een goede mineralenvoorziening te zorgen.
Als we het over mineralenvoorziening hebben, bedoelen we dat je alle elementen op peil houdt. Hoe langer je geen mineralen verstrekt hoe eerder het jonge dier haar eigen voorraad opmaakt. Zo ontstaan er allerlei tekorten en komt dus ongemerkt de weerstand van het jonge dier snel onder druk te staan. Pas wanneer er zich problemen voordoen denken we vaak aan de mineralenvoorziening terwijl het dan pas zo’n 6 weken duurt voordat je de mineralen weer op peil hebt. Voorkomen is dus beter dan genezen.
Als het jongvee in de weideperiode geen mineralen krijgt, kunnen er tekorten aan Ca, Mg en Na ontstaan, maar ook aan de sporenelementen. Dit kan opgelost worden door bijvoorbeeld mineralenemmers in het land te zetten. Vaak wordt er ook een mineralenbolus toegediend voor het jongvee de wei in gaat. Maar enkel een bolus is veelal niet voldoende voor een langere weideperiode.
Voorkomen van wormbesmetting
Het is belangrijk om (te) zware wormbesmetting te voorkomen. Preventie en behandeling van long- en maagdarmwormen is maatwerk. Overleg dit met de dierenarts. Met de wormsleutel (via www.parasietenwijzer.nl of de GD) kun je eenvoudig nagaan wat mogelijke risico’s op jouw bedrijf zijn.

Contact
opneem'n
